Begrippenlijst

Zoek volgens beginletter

Alles | # A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
Er staan momenteel 28 namen op deze lijst
Actualiteitsvraag
Tijdens de plenaire vergadering kunnen de volksvertegenwoordigers het College(lid) een beknopte vraag stellen over een actueel onderwerp. De volksvertegenwoordiger kan tot kort voor de vergadering de vraag indienen. Een actuele vraag verloopt als volgt: De volksvertegenwoordiger mag gedurende maximaal 5 minuten zijn vraag stellen en daar wat achtergrond bij geven. De vraagsteller dient zich te houden aan het bevragende gedeelte van de ingediende tekst. Het collegelid mag eveneens gedurende maximaal 5 minuten antwoorden. De vraagsteller mag nu gedurende 2 minuten repliceren op het antwoord van het collegelid. Het collegelid heeft nog recht op een wederwoord van maximaal 3 minuten. Tot slot krijgt de vraagsteller het laatste woord voor een slotopmerking (gedurende 1 minuut). Elke actualiteitsvraag wordt afgehandeld tijdens de vergadering waarin zij wordt uiteengezet. Indien eenzelfde actuele onderwerp meerdere vragen oplevert, kan hierover een actualiteitsdebat worden georganiseerd.
Amendement
Een amendement is een voorstel om een tekst te wijzigen. Die tekst kan een ontwerp of voorstel van verordening, een voorstel van resolutie of een motie zijn. Zowel de raadsleden als het College kunnen amendementen indienen. Dat kan tijdens de bespreking in de commissie, maar ook in de plenaire vergadering. Nog in dezelfde vergadering wordt er over de amendementen gestemd. De amendementen die in de commissievergadering zijn aangenomen, worden al verwerkt in de tekst die in de plenaire vergadering wordt behandeld. Maar de plenaire vergadering kan die tekst dan nog eens aanpassen met amendementen. De definitieve tekst na stemming in de plenaire vergadering bevat dus zowel de aangenomen amendementen in commissie als de aangenomen amendementen in de plenaire vergadering. Van elk amendement wordt in het commissieverslag of in het verslag van de plenaire vergadering aangegeven of het werd aangenomen of niet.
Begroting
De begroting vormt het wettelijke uitgangspunt voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie om gelden te innen en uit te geven. Het is een raming van ontvangsten en uitgaven van een bepaald begrotingsjaar. De begroting is voor het College van groot belang om een beleid te voeren. De begroting bestaat uit twee diensten, namelijk de gewone en de buitengewone dienst. •De gewone dienst omvat de ontvangsten en de uitgaven voor de gewone activiteiten van een jaar (zoals bijv. personeelskosten, toelagen, werking). •De buitengewone dienst omvat de ontvangsten en uitgaven voor investeringen, modernisering van gebouwen, uitrusting, enzovoort.
Beleidsnota
Een beleidsnota is een document waarin een collegelid aangeeft hoe hij of zij voor zijn of haar bevoegdheden het bestuursakkoord zal realiseren in de loop van de legislatuur.
Beleidsverklaring
De beleidsverklaring wordt per zittingsjaar opgemaakt door het College en uiteengezet aan de Raad. Het vertegenwoordigt de beleidsvisie die het College het volgende werkjaar vooropstelt.
Besloten vergadering
De voorzitter kan, al dan niet op schriftelijk verzoek van ten minste 8 raadsleden, de vergadering achter gesloten deuren te laten plaatsvinden. De Raad beslist daarna bij volstrekte meerderheid of hetzelfde onderwerp verder zal worden besproken in een openbare vergadering.
Bestuursakkoord
Dit akkoord tussen de verschillende politieke partijen, die na de verkiezingen een meerderheid hebben gevormd, bepaalt de beleidskoers die de VGC zal varen.
Bulletin van Vragen en Antwoorden
Het Bulletin van Vragen en Antwoorden is een gedrukte publicatie met de schriftelijke vragen van de raadsleden en de antwoorden hierop van het betrokken collegelid.
Bureau
Bij de opening van ieder zittingsjaar benoemt de Raad uit zijn leden een voorzitter, ondervoorzitter en 5 secretarissen, die samen het Bureau vormen. De samenstelling van het Bureau wordt gepubliceerd via Stuk 1. Voor het zittingsjaar 2020-2021 is het Bureau als volgt samengesteld: Voorzitter Fouad AHIDAR (one.brussels-Vooruit), Ondervoorzitter Soetkin HOESSEN (Groen), Secretarissen Cieltje VAN ACHTER (N-VA), Guy VANHENGEL (Open Vld), Lotte STOOPS (Groen), Gilles VERSTRAETEN (N-VA) en Carla DEJONGHE (Open Vld). Het Bureau is verantwoordelijk voor de administratie en de financiën van de Raad. De fractievoorzitters, met inbegrip van de fracties die niet vertegenwoordigd zijn in het Bureau, worden in kennis gesteld van alle beslissingen van het Bureau.
Discussienota
Ieder lid van de Raad kan een discussienota indienen. Dit initiatief heeft als voorwerp binnen het ruime kader van de Vlaamse gemeenschapsaangelegenheden, onderwerpen te behandelen die de Vlaamse Gemeenschap in het Brussels hoofdstedelijk gewest aanbelangen. Over de inhoud van de discussienota wordt tijdens een vergadering gedebatteerd, waarna het voor de sluiting van de bespreking kan leiden tot de aankondiging van een voorstel van resolutie of een motie van aanbeveling.
Fractie
Volksvertegenwoordigers verkozen op eenzelfde kieslijst kunnen politieke fracties vormen. Een lid kan slechts deel uitmaken van 1 politieke fractie. Om als politieke fractie erkend te worden, moet zij uit ten minste 1/10de van het aantal Raadsleden bestaan. Bij de berekening wordt dit aantal naar beneden afgerond. Een fractie heeft recht op werkingsmiddelen en eigen personeel. Elke fractie kiest een fractievoorzitter, die optreedt als woordvoerder van de fractie. De voorzitters van de erkende fracties maken deel uit van het Uitgebreid Bureau. Zie ook: Huidige samenstelling van de fracties Achtergrondinformatie bij de fracties Contactgevens en websites van de fracties en partijen
Griffier
De griffier van de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie is het hoofd van het personeel van de Raad, en tegelijk de ambtelijke secretaris van de Raad. De griffier heeft de rang van bestuursdirecteur van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement. Hij of zij wordt op voordracht van het Uitgebreid Bureau benoemd door de Raad. De griffier woont ook de plenaire en besloten vergaderingen van de Raad bij en ondertekent samen met de voorzitter alle beslissingen van de Raad en het Bureau. Hij of zij maakt de notulen op van deze vergaderingen. Onder het gezag van de voorzitter is hij of zij tevens belast met de tenuitvoerlegging van de door de Raad, Bureau en Uitgebreid Bureau genomen beslissingen. De griffier woont ook de vergaderingen van het Bureau en het Uitgebreid Bureau bij.
Grondwet
De Grondwet is een document waarin beschreven staat hoe een land georganiseerd is (parlement, regering, rechtbanken…) en welke rechten en plichten de burgers van dat land hebben. De Belgische Grondwet is voor het eerst gemaakt in 1830, maar is sindsdien vaak gewijzigd, bijvoorbeeld om de deelstaten en de deelstaatparlementen op te richten. Er is in België een speciale instelling die nakijkt of de wetten of decreten niet in strijd zijn met de Grondwet: dat is het Grondwettelijk Hof. De tekst van de Grondwet is terug te vinden op de website van de Senaat.
Interpellatie
Een interpellatie is een van de middelen die een volksvertegenwoordiger heeft om het College te controleren en een collegelid te ondervragen. Bij een interpellatie kan de politieke verantwoordelijkheid van het College(lid) in het gedrang komen. Bij gewone vragen aan een collegelid is dat niet zo. Interpellaties worden meestal in een commissie behandeld. Het Uitgebreid Bureau kan beslissen om de interpellatie in de plenaire vergadering te houden, omdat ze bv. heel algemeen is en van groot politiek belang. Het verslag over de behandeling van een interpellatie in commissie wordt opgenomen in een afzonderlijk Integraal Verslag. Elke interpellatie wordt afgehandeld in de vergadering waarin zij wordt uiteengezet. Het recht om als interpellant het woord te voeren is persoonlijk. Dit recht is niet over te dragen aan een ander raadslid. Behalve wanneer meerdere interpellaties over hetzelfde onderwerp worden samengevoegd tot een debat, heeft enkel de interpellant recht om het woord te voeren. Andere raadsleden mogen dan niet tussenkomen.
Meerderheid
Een gewone of volstrekte meerderheid van stemmen is een meerderheid die is bereikt wanneer er in een stemprocedure meer voorstemmen zijn dan tegenstemmen. Je hebt dus minstens de helft + één stem nodig om een gewone meerderheid te behalen.
Motie van aanbeveling
Ieder raadslid heeft het recht om bij de voorzitter van de Raad een met redenen omklede motie van aanbeveling in te dienen. In een motie van aanbeveling worden aan het College ten opzichte van algemene of bijzondere beleidspunten aanbevelingen verstrekt. Dergelijke motie kan worden aangekondigd: - hetzij na een verklaring of mededeling van het College, vóór het sluiten van de bespreking in vergadering; - hetzij na een actualiteitsdebat of interpellatie, ná het antwoord van het College(lid), vóór het sluiten van de bespreking in vergadering. Na het sluiten van de vergadering waarin de motie van aanbeveling werd aangekondigd, heeft het raadslid 3 werkdagen om deze motie in te dienen. De Raad spreekt zich over de motie uit in de eerstvolgende plenaire vergadering, bij stemming.
Motie van afkeuring
Ieder raadslid heeft het recht om bij de voorzitter van de Raad een met redenen omklede motie van afkeuring in te dienen. In een motie van afkeuring wordt het beleid van het College afgekeurd. Dergelijke motie kan worden aangekondigd: - hetzij na een verklaring of mededeling van het College, vóór het sluiten van de bespreking in vergadering; - hetzij na een actualiteitsdebat of interpellatie, ná het antwoord van het College(lid), vóór het sluiten van de bespreking in vergadering. Na het sluiten van de vergadering waarin de motie van afkeuring werd aangekondigd, heeft het raadslid 3 werkdagen om deze motie in te dienen. De Raad spreekt zich over de motie uit in de eerstvolgende plenaire vergadering, bij stemming.
Motie van orde
Een volksvertegenwoordiger kan voorstellen om het werk van de plenaire vergadering en in de commissies te regelen of te wijzigen. Hij kan bijvoorbeeld voorstellen om de agenda aan te vullen, of om een bepaald onderwerp een spoedbehandeling te geven. Als hij dat doet, heet dat officieel een "motie van orde", of ook kortweg "ordemotie". Alle moties van orde moeten vooraf aan de voorzitter worden meegedeeld, die bij ontvankelijkheid het tijdstip van behandeling bepaalt.
Quorum
Het quorum is het aantal volksvertegenwoordigers dat er minimaal aanwezig moet zijn in een vergadering om geldig te kunnen stemmen. In de Raad is de regel dat de meerderheid van de volksvertegenwoordigers (de helft plus één) aanwezig moet zijn in een vergadering.
Reglement van Orde
Het Reglement van Orde regelt de organisatie en de werking van de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. De raadsleden kunnen een reglementsaanpassing voorstellen.
Rekening
De rekening van de Vlaamse Gemeenschapscommissie omvat de cijfers van de ontvangsten en de uitgaven van het voorbije jaar. De rekening wordt na afloop van het begrotingsjaar vastgesteld. Hierin staat wat werkelijk werd ontvangen en uitgegeven ter uitvoering van het beleid.
Schriftelijke vraag
Een schriftelijke vraag is een van de controlemiddelen waarover de Raad beschikt ten aanzien van het College. Elk raadslid kan steeds een schriftelijke vraag stellen aan een lid of meerdere leden van het College. Bij ontvankelijkheid stuurt de voorzitter de vraag door naar het betrokken lid van het College. Het antwoord op de vraag, dat tevens schriftelijk wordt gegeven, moet binnen 20 werkdagen aan de voorzitter worden bezorgd. Deze laatste maakt het over aan de vraagsteller. Vraag en antwoord worden opgenomen in een Bulletin van Vragen en Antwoorden. Schriftelijke vragen waar niet tijdig is op geantwoord worden omgezet in mondelinge vragen en geagendeerd op de eerstvolgende plenaire vergadering.
Stemming
De Raad kan zijn wil te kennen geven, door middel van een stemming bij (1) handopsteken, (2) de door de voorzitter geconstateerde eenparige instemming, (3) hoofdelijke stemming, hetzij bij oproeping, hetzij mechanisch uitgebracht, (4) geheime stemming, bij oproeping met stembiljetten uitgebracht. Meestal geeft de Raad zijn wil te kennen bij handopsteken, maar bij een eindstemming over ontwerpen en voorstellen van verordening, voorstellen van resolutie, moties en voorstellen tot wijziging van het Reglement vindt er een hoofdelijke stemming plaats. De oproepingen tot hoofdelijke en geheime stemmingen gebeuren alfabetisch.
Uitgebreid Bureau
Het Uitgebreid Bureau van de Raad bestaat uit de leden van het Bureau, uitgebreid met de voorzitters van de erkende politieke fracties. De samenstelling van het Uitgebreid Bureau wordt gepubliceerd via Stuk 1. De voorzitter van de Raad is ook de voorzitter van het Uitgebreid Bureau. Voor het zittingsjaar 2020-2021 ziet de samenstelling er als volgt uit: Voorzitter Fouad AHIDAR (one.brussels-Vooruit), Ondervoorzitter Soetkin HOESSEN (Groen), Secretarissen Cieltje VAN ACHTER (N-VA), Guy VANHENGEL (Open Vld), Lotte STOOPS (Groen), Gilles VERSTRAETEN (N-VA), Carla DEJONGHE (Open Vld) en Fractievoorzitters Arnaud VERSTRAETE (Groen), Mathias VANDEN BORRE (N-VA), Khadija ZAMOURI (Open Vld), Els ROCHETTE (one.brussels-Vooruit), Dominiek LOOTENS-STAEL (Vlaams Belang), Bianca DEBAETS (CD&V), Pepijn KENNIS (Agora) en Jan BUSSELEN (PVDA). Het Uitgebreid Bureau staat in voor de zuiver politieke aangelegenheden van het parlement: het stelt de agenda van de plenaire vergadering en commissievergaderingen op, neemt kennis van de ingekomen parlementaire stukken en verslagen, enzoverder.
Vlaamse Raad
De Vlaamse Raad was de naam voor het Vlaamse parlement van 1980 tot 1995. De Vlaamse Raad had zowel gemeenschaps- als gewestbevoegdheden, maar was niet rechtstreeks verkozen. Ze bestond uit de Nederlandstalige leden van de Kamer van Volksvertegenwoordigers en de Senaat: die leden hadden een dubbelmandaat.
Voorstel van resolutie
Een raadslid doet via een voorstel van resolutie aanbevelingen aan het College. De behandeling van een voorstel van resolutie verloopt als volgt. 1. Elk voorstel van resolutie wordt door het Uitgebreid Bureau naar een commissie verwezen, waar het wordt besproken. De besprekingen in de commissie zijn inhoudelijk grondig, en gaan vaak over alle inhoudelijke technische en juridische aspecten van het voorstel. Raadsleden kunnen specialisten horen over het probleem in het voorstel. Dat gebeurt in hoorzittingen. De commissieleden stellen eventuele aanpassingen aan de voorgestelde tekst voor. Die aanpassingen heten amendementen. Na de bespreking volgt er een voorlopige stemming. Pas als een meerderheid van de commissieleden voor het voorstel stemt, gaat de tekst naar de plenaire vergadering. 2. Het voorstel wordt vervolgens besproken in de plenaire vergadering. De raadsleden krijgen eerst het verslag van de commissiebesprekingen over het goedgekeurde voorstel. De tekst die door de commissie is aangenomen, wordt als basis genomen. De bespreking in de plenaire vergadering gaat gewoonlijk over de algemene lijnen van het voorstel, niet meer over de technische details. De raadsleden dienen eventueel nog amendementen in. De plenaire vergadering houdt de eindstemming over het voorstel.
Zitting of zittingsjaar
De zitting of zittingsjaar is het werkjaar van de Raad. In de praktijk begint het zittingsjaar van de Raad op de woensdag volgend op de derde maandag van september. Tijdens de openingsvergadering presenteert het College de beleidsverklaring voor dat zittingsjaar. Het zittingsjaar staat gedrukt op de documenten van de Raad: bijvoorbeeld zitting 2018-2019.
Zittingsperiode
Een zittingsperiode is de termijn waarvoor een parlement verkozen wordt. De Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie wordt verkozen voor vijf jaar. Zo'n zittingsperiode wordt ook legislatuur genoemd. Een legislatuur of zittingsperiode wordt ingedeeld in zittingen of zittingsjaren.